Ook Georgetown – de naam, net zoals bij Fort Cornwallis, Butterworth, geeft het al aan – baadt in een koloniaal verleden, uit de moerassige ondergrond gestampt als een Britse tradingpost voor de Oost-Indische Company. Georgetown draagt de naam van George III, de Britse monarch, die in de herfst van zijn leven gek werd als een achterdeur. Georgetown, of the Cape, ligt op Penang, een schiereiland in het Noorden van Maleisië. You go to Georgetown for the food, vertelt iedereen ons. En dat herinneren we ons ook. We waren hier al, tien jaar geleden, en hebben een beeld van een layback stadje, heet en met een overload aan yummy streetfood. De staff van Noordin Mews, ons hotel in een historisch gebouwd, geeft me een soort voedselplan: wat kan je waar eten? Super. Ik kijk uit naar de fried oysters!
In 2008 werd George Town, samen met Malacca, erkend als UNESCO World Heritage Site. ‘It is officially recognised as having a unique architectural and cultural townscape without parallel anywhere in East and Southeast Asia.’ (Wikipedia) Het zal wel. Onze eerste indruk, na al die jaren is er één van ontgoocheling. Georgetown has only become more beautiful. Right. We wandelen van restaurant Kashmir, waar we onze duurste maaltijd dusver verorberen (pulau, Malai Kofte, chicken tandori … 40 euro, lekker, maar overpriced), naar ons hotel. Toegegeven, de architectuur, voor zover we er iets van kennen, is origineel. De shophouses, met hun kleurige gevels, de friezen rond de vensters, de overdekte voetpaden … ademen de herinneringen aan grandeur uit, aan een wervelende havenstad, met een bloeiende handel, maar het geheel biedt een bouwvallige, chaotische indruk, met afgebladderde verf, druk verkeer, lawaai, een kleurboek van uithangborden.
Ik surf naar de Unesco Heritage Brochure, en oef daar staan ze, de parels van architectuur, gebouwen in een myriade aan stijlen: het stadhuis, de kathedraal, de Clan Jetties – paalwoningen, het gerechtsgebouw, het Cheong Fatt Tze Mansion, The Goddess of Mercy Temple .… Er valt nog veel te ontdekken. We moeten gewoon even door de rommel, die alles met elkaar verbindt. En tussendoor kijken we uit naar de streetart, waar Georgetown zo gerenommeerd om is: muurschilderingen van alledaags leven, te midden van het alledaagse leven.
Wordt vervolgd.
Zou er af en toe graag eens bij zijn…..