Lindos, een van de hoogtepunten van Rhodos. In 4000 voor Christus woonden hier al mensen. Er wonen er nu nog. Maar er zijn meer toeristen dan bewoners. Normaal gezien toch. Nu niet. Normaal is het koppen lopen. Gentse-Feesten-achtig. Massa’s, met bussen, en guided tours met audio enzo. Het is vrij sarcastisch, maar het geldt voor Rhodos in het geheel vrees ik: Rhodos is ok, maar tijdens een pandemie. Zouden we hier willen zijn in normale omstandigheden, in het ‘Nieuwe Normaal?’ Ik vrees van niet. Zelfs gisteren in de Sunrise Taverna hoorden we het. ‘Normally, too many people come hier. Too much. ‘













Soit. Lindos. Aangenaam. Een postkaart-wit dorp, onder de citadel van de hospitaalridders of een andere ridderorde. De klim naar de citadel kent verscheidene hindernissen, zoals in elk old-fashioned-knights-tale, zeker als je onderweg bent met drie monster-dochters. Men baant zich een weg door verschillende lagen: artisanale prullaria – je kan kiezen uit miniatuur Helleense helmen, pluchen ezels, aardewerk … – eet-dingen, local products en Greek designer goods. Maar er zijn ook heel wat stijlvolle winkeltjes, met echt leuke zaken en smaakvolle gadgets. Ik maak een reeks selfies met allerhande hoeden, maar mag ze niet posten van Sari. Waarschijnlijk heeft ze gelijk.










Kleine ‘vrachtwagentjes’ wurmen zich vakkundig door de nauwe straatjes, om alle ‘local products’ en naakte miniatuur Apollo’s, Hera’s en Hephaistossen aan te voeren. Ezeltjes voeren gedwee luie toeristen naar boven.












We drinken iets in The Captains House, het oudste huis van de stad. Even denk ik dat Lux van haar sus zal draaien. Geslagen door de warmte. Maar een cola helpt haar er opnieuw door.






Daarna stappen we naar boven, naar de burcht, maar de 12 euro per persoon inkom, die laten we voor wat het is. Marie-Lou vraagt zich sowieso af waarom we naar boven stappen in de ‘blekkende zon’ om wat ‘palen‘ te zien. Ze bedoelt ‘zuilen’.










Onze Rhodos-roadtrip gaat verder, we rijden naar de west-kant van het eiland, naar Monolithos, een dorpje op de flank van een heuvel, met opnieuw een burcht, die uitkijkt over de Egeïsche zee. De natuur in het binnenland, bij de doorsteek van oost naar west, is uitgestrekt, ruiger, en groener. Geen bewoning. Druiven en olijven. Bij een kleine kapel pikkedieven we zalige druiven.We rijden langs een diepblauw stuwmeer en stoppen even in Siana, een aangenaam bergdorpje met mooie kerk. Het interieur van de orthodoxe kerken lijkt in niets op de onze. Het is niet ingetogen, maar kleurrijk en opgewekt.



















We slapen drie nachten in Limeri Traditional Guesthouse – Hotel & Restaurant. Smaakvol, aangename staff, maar veel te dicht op elkaar voor ons, en geen uitzicht. Een beetje een bummer, na onze vorige topper. Het klinkt verwend, het is verwend … maar … er is een yacuzzi, en geen zwembad, en met deze temperaturen is dat minder aangenaam. Dimitros, de manager van Limeri Guesthouse, vertelt ons dat de komende week ‘boiling hot’ zal zijn. Dus waarschijnlijk gaan we een dagje vroeger terug naar Pefkos Blue Hotel.
Dimitros werkt 7 maanden aan een stuk, 7 dagen op 7. Daarna werkt hij 5 maand niet. Het is dus sparen voor de winter. Maar zo komt hij rond. Net zoals bijvoorbeeld leerkrachten, maar werken het hele schooljaar door, aan 800 euro per maand. Dat stemt tot nadenken. Tijdens de eerst Covid-golf kregen Grieken die zonder werk vielen 400 euro per maand van de overheid. Het leven is hier goedkoper dan in België, maar toch. Veel ruimte voor extraatjes is er niet.
We rijden verder downhill, naar Furmi-beach. En het gaat stijl, langs kliffen, via haarspeldbochten met tegenliggers en zonder vangrails. De monsters panikeren als een Griek in een brede Mercedes ons gezwind tegemoet rijdt. Hij wijst naar de afgrond. Er is nog plaats, gebaart hij.





Aan het strand staat er wind en de zee is woeliger, we deinen mee op de golven en genieten van het uitzicht, want dat is opnieuw fantastisch.
‘s Avonds blijft de Griekse keuken verbazen, en ook de porties. Mezze om u tegen te zeggen, home made worst, pasta, dolma, pasticchio … Gisterenavond aten we gegrilde sardienen in rode biet, moussaka … Om onze vingers aan af te likken. (Behalve Lux, die likt haar vingers niet af. )










