
Het all-in-experiment
Derde dag van het all-in experiment.
Overlevenden: 5
Gemiddelde dagtemperatuur: 35 °
Zonneslag: 5
The Olive Garden in Lardos (op 30 min van Kolympia, het is geen groot eiland, weet u nog?) is een schie duurder, maar ook een schie beter. Iets stijlvoller, moderner, met een keurige ober die je naar je plaats begeleidt, pizza die die naam waardig is, gegrilde aubergine en een heleboel typisch Griekse ‘kwakjes’ in diverse kleuren, en drie zwembaden, waarvan een met supertrage ‘rivier’, en drie kronkelglijbanen, waarvan een om u tegen te zeggen, en stijlvolle, rustige, nieuwe kamers. Er is animatie – altijd leuk meegenomen – zoals darts en talentenshow op woensdag, en een animatrice in flashy kleuren die me begroet met ‘dzień dobry’. Nu ben ik plots geen Italiaan meer maar Pool, wat wel dichter bij de waarheid ligt.









Het is 36 graden. In de schaduw. Dat is warm. Beestig warm. Te beestig om grootse dingen te doen, zoals heuvels beklimmen, kloosters bezoeken, kuieren door het oude centrum van één of ander oud stadje. (Gelukkig zijn er, behalve Rhodos zelf en Lindos, niet veel oude centra van oude stadjes en bijgevolg no FOMO).
Dus de kinderen eten het ene schepijsje na het andere (Lux spant de kroon met zeven aardbei-ijsjes in twee uur) en wij, wij filosoferen over het leven en drinken flets bier uit plastic bekers (dat is minder, dat fletse bier en die plastic bekers), wisselen drie Griekse woorden uit met de barvrouw (bira, bire en eucharisto; ‘bier enkelvoud’, ‘bier meervoud’ en ‘bedankt’), die daar heel blij mee is, dobberen op de trage ‘rivier’ en fotograferen onze monsters die dolle fun hebben op de kronkelglijbanen. En daar doen we het toch voor. Voor hun dolle fun.
Er is nog een poolbar, aan het derde zwembad bij onze kamers. Brigitte bedient. Brigitte is een Oegandese, studeert in Hongarije voor verpleegster, en werkt deze zomer in The Olive Garden. Voor 500 euro per maand. Dat doet nadenken.



’s Avonds is er kids-disco, baby-shark dub duddubbedudu en van die toestanden en de animatrice gaat door het dak. Wij ook.
Conclusie van uitgevoerd onderzoek: all-in valt best mee, maar genoeg is genoeg.
Het kitten








‘s Nachts jankt er iets. Naast onze kamer. Lux denkt een weerwolf.
De volgende ochtend blijkt het geen weerwolf te zijn, maar een jong katje, een kitten dus eigenlijk. Eentje in zwart-wit.
En al snel krijgt het kitten een naam. Pumkin. En dan verandert het van naam. Emmi. En uiteindelijk wordt het Poppi. Lux is er het hart van in. Lux is er wel vaker het hart van in als het om beestjes gaat. We kunnen Poppi niet zomaar achterlaten. Vel over been. Mamakat niet te bespeuren. In Kallithea is er een opvangcentrum voor katten. Kallithea Cats, een goed gekozen naam. Wij daarnaar toe. We vinden het aan de kant van de weg. Een krakkemikkig samenraapsel van houten schotten, golfplaten, ijzeren hekkens, en kooitjes. Een Duitse vrouw die het ‘centrum’ runt staat ons te woord. Er is geen plaats meer voor Poppi, voor Pumkin en Emmi ook niet.
We can get the kitten healthy, castrate it.
And what then?
Then we set it free.
Uh. Oh. Dat vindt Luxiepux niet ok.
Or you can adopt it. Take it home. Big smile.
Dat vindt Luxie wel ok.
We moeten erover nadenken, zegt de Duitse mevrouw. We can make the kitten flight ready. No problem to take it aboard the plane.
Zien we wel zitten, maar we moeten iemand vinden die het katje bij kan houden terwijl we in Italië zijn. Bij deze. Een oproep. 🙂
‘Best snorkeling in Rhodes’
Kallithea Cats ligt boven een aangename baai tussen de rotsen.




‘Here best snorkeling in Rhodes,’ zegt de eigenaar van een eettentje, ‘that is why we sell so many snorkeling equipement.’
Er zitten inderdaad veel snorkelaars in het water. Dus ik koop een duikbril. De kinderen hebben er al één. Wij het water in. Er zijn vissen. Maar als dit the best snorkeling in Rhodes is, dan is dit geen snorkelparadijs. Het water is helder, daar niet van, maar veel kleur valt er niet te bespeuren. Veel vissen eigenlijk ook niet. Een school kleine gele sloebers, en enkele kleurrijke ik-weet-niet-watjes. Maar het blijft natuurlijk zalig afkoelen, bij 38°c.








Een pareltje
We rijden iets verderop naar Pefkos, waar we twee nachten blijven in Pefkos Blue, met uitzicht over een prachtige baai. Het hotel is een pareltje, echt. Maar overal staan hier knappe hotels, het ene al luxueuzer dan het andere. De straatjes tussenin zijn weer een aaneenschakeling van toeristgerichte zaakjes, maar de sfeer is aangenamer dan die in Archangelos. Meer opgekuist ook. Zeg maar de ‘betere côté’.

















‘s Avonds eten we in Sunset Taverna, nummer 8 van 50 op Tripadvisor. Een heel betaalbaar family-run no-nonsens restaurantje, in de u gekende gezelllige, typisch kitscherige Griekse stijl, inclusief fake droge fontein en halfnaakt vrouwenstambeeld met amfora.
Het smaakt. Eerst een bord flatbread, tarama, taziki en humus van het huis, en dan rijkelijk in olie gedrenkte gerechten. Gratis ijsje achteraf.












