De warmte is moordend. Na tien dagen beginnen we het serieus te voelen. We halen de veertig graden. Drinken en airco en zwemmen. Andere dingen kosten al snel te veel energie. De kinderen kibbelen. Marie-Lou en Lux mogen niet meer met elkaar praten. 🙂
Nadat we de auto teruggebracht hebben, en de schade betaald (gelukkig gedekt door de verzekering), checken we in in Rhodos town. Om een ons onbekende reden kregen we een upgrade van Pearl hotel naar het Esperia City Hotel next door. Het is een bescheiden halfhoogbouw, met nog bescheidener zwembad. De kamers zijn wit en proper. De airco doet het. De bedden zijn de beste tot nu toe. We zijn tevreden. De kinderen zijn daarentegen minder enthousiast over het zwembad.
In Mandraki, de oude haven, ligt de oceaanreus Jewel of the Sea aangemeerd, en even verderep vaart het Duitse cruiseschip Aida net majestueus uit, in scherp contrast met de aerodynamische jachten die lui liggen te wachten onder de iconische standbeeld-wachters van de Dama-Dama-herten, een diersoort volgens legende ooit meegebracht door de kruisvaarders -of de hospitaalridders – om de slangen te verjagen. As if.
Boottochten naar Symi en Chalki gaan als zoete broodjes over de toog. Een overladen schip komt net terug van Lindos. Als sardienen … neen bedankt.
‘My boat is the only boat checked by the water police’, vertelt een dame ons met een aangename zelfzekerheid,’other boats take over 400 people. My boat is serieus boat. My boat is no tourist boat.’
Safety first. Met andere woorden: the other boats suck.
Een yellow submarine belooft een onvergetelijke ervaring voor 35 euro voor ons vijf. We zagen hem al dobberen bij Lindos. En even verderop ligt een red submarine. Een visser gooit zijn eenzame lijn uit op de plaats waar vroeger de Kolossus van Rhodos stond, een 33 meter hoog bronzen beeld van de Griekse zonnegod Helios.











We slenteren een beetje doelloos rond in de schaduw van platanen (het vroeg jaren training, maar we zijn er ondertussen heel goed in geworden, in doelloos rondslenteren), eten wat ondermaatse lasagna en kip à la Grecque, maar genieten – volgens Marie-Lou- wel van de lekkerste mango-sorbet ooit. Rhodos-stad is een aangename mix van oud en nieuw, van hip en pseudo-traditioneel, van Griekse vriendelijkheid, van designers en Hugo Boss en de bekende ontwerpers, en mixed juices en souflaki en de hele rimram.
















Boven de stad hangt een vreemde, vreemkleurige wolk. Marie-Lou doet het al langzaam in haar broek.Het levert mooie plaatjes op, maar er zit spijtig genoeg een dramatische kant aan.
‘Big fire in Turkey, that is why.’ Bosbrand aan de overkant van de zee blijkbaar. Er waaien sintels en as door de lucht en ze landen op de tafeltjes in de resto’s en zelfs op de bodem van het zwembad. Er stierven vier mensen en er vielen tweehonderd gewonden.








We adopteerden ondertussen Olli officieel en brengen hem nog een bezoekje in Calithea Cats. Als hij oud genoeg is voor zijn rabiës-shot, komt hij over naar België.





