Ban Tawai, the Village of Handicraft is groot, en een beetje chaotisch. Er zijn een vijftal zones: woodcarving, marble, stone, shipping (You shop, we ship) … We slenteren rond, zoveel mogelijk door de overdekte straatjes, want het is een oven vandaag. Hier en daar zijn er sproeiers die een regenmist verspreiden, maar die brengen nauwelijks verkoeling. Waterijsjes dus, en sapjes. We proberen de zone langs de rivier te vinden, maar niemand kan ons de weg wijzen. We vergapen ons aan de vierkante kilometers shops. We kopen wat souvenirs, de monsters kiezen elk een spuuglelijke sjakosje.
Veel van hetzelfde. Tropenhouten zitmeubels, met de hand uitgehakte basreliëfs, boeddhabeelden, frullen en fratsen en houten kikkers die kwaken als je met een stokje over hun rug raspt, meestal kitsch, soms een verrassend design. Maar meestal kitsch. U kent het wel.
We kopen take-away padthai en gebakken rijst voor ’s avonds. In het hotel zien ze ons niet meer voor diner. No way hosé!
’s Avonds zitten we op het terras terwijl de monsters naar Verschrikkelijke Ikke kijken. De ventilator brengt koelte. De kikkers kwaken, de krekels doen hun ding. Zalig.
De kindjes lijken last te hebben van de hitte…. Ella haar oogjes staan maar klein en rode gezichtjes. Kunnen ze slapen met de warmte? Geniet van de schaduw en waterpret xxx
Zo spuuglelijk vind ik dat sjaskoske niet , maar nee ‘t is toch geen idee voor mijn 60 verjaardag! Bedankt voor de wensen. Dikke zoen voor de monstertjes