Weg uit Washaway. We rijden richting Land’s End, waar je van de wereld valt en de draken leven. We stoppen in Wheal Coates, een oude mijnsite, nu Unesco werelderfgoed. Poldark werd hier gefilmd, de BBC-reeks over Cornwalls industrieel verleden. De combinatie van de ruwe natuur en de resten van de fabriek is subliem. De schacht een stenen vinger de lucht. Hier haalde men ijzererts uit de grond. De legende van het zwaard in de steen trouwens, Koning Arthur en Disney en Excalibur bv., remember?, zou een eerbetoon kunnen zijn aan de mannen die ijzer uit de rotsen trokken om er zwaarden van te maken.
Er loopt een pad tot aan Chapel Port Beach, een prachtig strand tussen de rotsen. Het is laagtij en de kinderen amuseren zich, ze klimmen omhoog en omlaag, lopen door te diep water met te lage laarsjes. De Cornish laten hun honden uit, en genieten van hun National Trust. Er wordt gesurft. Balls are freezing. Er worden ijsjes gegeten, hedgehog ice cream. Frozen balls. Er is koffie. Het leven is goed.
We picknicken iets verderop, bij Agnes Head, naast een uitkijkpost van de kustwacht. Het is koud, winderig en de kerels van de coastguard hebben geen verwarming in hun hut. Gelukkig worden ze elke drie uur afgelost.
Onze tweede airbnb vinden we niet zo makkelijk. New Mill blijkt een vrij groot gebied te zijn en niemand kent het huis. We rijden op en neer, heuvel over, vallei in, vallei uit, Moeten niet in Ding Dong zijn, noch in Tredinnick, noch in Brodriftfy. Een kerel, die zijn huis aan het restaureren is, herkent de plek. En het is een machtige plek, weg van de weg, ruim, en licht. Hier wil ik wel wonen. Even toch.