Antalya, of all places: summer 2022

We slapen boven Antalya, in een off the road Airbnb uitgebaat door een superlieve man en zijn vrouw, aan de grens van een nationaal park, waar wilde zwijnen en ander gedierte rondwaart. Hij is een berggids op pensioen en reisde de wereld rond, klom hoog waar hij kwam. Nu heeft hij een koi-vijver en verschillende soorten ganzen en kippen met pluimensokken en pauwen, en maakt hij zijn eigen confituur van vijgen en een waaier aan andere vruchten. Wat zij deed of doet weet ik niet.

We kwamen van Konya, waren uiteindelijk, i.p.v. vier uur vijfenveertig, zeven en een half uren onderweg, raakten aan het einde van de rit finaal de weg kwijt (want Google Maps toonde ons de kortste weg) maar reden door een prachtig ruw berglandschap (waarvan geen foto’s, dus u moet me maar geloven), met opnieuw heel weinig verkeer op de wegen, en toen we de ‘pas’ over waren en de deuren van de Fiat openden, viel de warmte als een ketel warm water op ons hoofd. Plots schoot het kwik naar meer dan 40 graden. Plots was er een koor van zinderende krekels. Plots zaten we in de ‘mediterrané’. Oh boy, pokkeheet.

Gelukkig heeft onze Airbnb een echt koel zwembad, gevuld met drinkbaar bronwater, dus please no sun lotion. Het is echt koud, maar doet o zo deugd! We hebben een mooi zicht op de rotsen boven Antalya en de bedden zijn goed. Maar zonder airco, en of zwembad wil je hier gewoon niet zijn. Pokke-, pokkeheet.

In het dorp beneden is er een winkeltje met eten en drinken, en voor de deur Turkse koffie in een grote smoorketel. En bier. Yes! Tuborg, Efes. (In Konya vonden we geen bier, nul niks.) Langs de baan is er een resem van low key restaurantjes met houten terrassen en grote ventilators. Onze lunch, met gozelme en meneme en andere dingen die ik fout schrijf, is een van de lekkerste maaltijden die we hier al aten, en, opnieuw, voor geen geld.

Antalya is andere dürum. Ella wou er per sé eens een kijkje gaan nemen, dus dan doen we dat. Ella kan nogal volhardend zijn. Antalya is minder scruffy dan verwacht, of minder mondain (ik wist niet goed wat te verwachten) met een Rue-De-Boucher, calamares-versie, waar we ons laten vangen aan een redelijke maaltijd voor dubbel de prijs die we doorgaans betalen, met een overvriendelijke eigenaar die me ‘brother’ noemt, waar ik de rietepetiet van krijg, onder een hemel van kleurrijke parasolletjes.

Het deel van Antalya dat we zien, het deel bij de oude haven, is een speeltuin, waarin onnozele toeristen zoals wij verondersteld worden gecharmeerd te zijn door de Pirates-of-The-Carribean-pseudosfeer, met enkele heuse piratenschepen met kraaiennest, loopplanken, en Poseidon, of een lelijke gigantische knekelkop als boegbeeld. Om de haven te bereiken, moet je door de onontbeerlijke straatjes met brolwinkels. Best grappig allemaal, maar we hebben het toch een beetje gehad met ‘Old Towns’ en ‘Old Ports’ of the world. Same same and not so different. Gelukkig zijn er slush puppies, en vanop de oude golfbreker heb je een prachtig zicht over de zee en op de mistigblauwe bergen aan de overkant van de baai.

Ondertussen ontdekken we tot onze scha en schande dat onze visa-kaart verdwenen is, en we raken verwikkeld in verwoede pogingen om te ontdekken waar het onding zou kunnen gebleven zijn. We gebruikten ze de laatste maal bij het inchecken in het Think Hotel, Konya, terwijl ik de wagen parkeerde, en de kamers nog niet klaar waren, en de jonge snaak aan de balie geen woord Engels begreep, en Sari alles probeerde uit te leggen, en Babylonische spraakverwarring, en hoe we uiteindelijk onze ID-passen terugkregen, maar de visa-kaart dus blijkbaar niet. En godverdomme toch. En mijn belletjes naar Card-Stop en Europe Assistance worden constant afgebroken, al ben ik al vier stappen ver in het Nederlandstalige keuzemenu. Dus ik mail de bank, en oef de kaart is uiteindelijk geblokkeerd, en onze staat van uitgaven toont geen dubieuze betalingen. En oef en godverdomme!

T., die met haar man en dochter (die zo snel als mogelijk wil emigreren) ook in de Airbnb verblijft, is aangedaan door het verlies of de diefstal(?) van onze creditcard, doet ook een op-niets-uitdraaiend belletje naar Think in het Turks, en heeft het helemaal niet hoog op met Konya. Zij en haar man zijn atheïsten, zegt ze, en ze walgen van de Erdogan-regering en haar vazallen, klagen de corruptie en de torenhoge inflatie van de Turkse Lira aan. Intellectuelen die hun stem willen laten horen, passen maar beter op, zegt ze, want je vliegt zo achter de tralies bajes. Ze geeft les aan de universiteit en zij – haar man en zijzelf zijn veeartsen- doet wel nog haar mond open, zucht ze, maar het is toch ferm oppassen geblazen. En als we ons hotel in Ankara op onze terugweg naar Istanbul nog kunnen cancelen, mogen we natuurlijk bij hen overnachten.

We noemen ons misschien graag ‘doorgewinterde’ reizigers, maar eigenlijk komen we toch nog altijd te veel stommiteiten tegen: een veel te dure sim-card kopen in de luchthaven, een veel te dure taxi nemen vanuit de luchthaven, veel te dure ijsjes kopen van een kerel in vol folkloristisch ornaat zonder vooraf de prijs te vragen, en, kers op de taart, een verschwunden visakaart.

2 comments

  • ziet er goed en gezellig uit, ik hoorde ook dat ankara en konya zo gezellig zijn ongeloofelijk he. de wereld is toch gezellig he. Ik ga er zo vlug mogelijk naar toe…..omdat ik van gezelligheid hou Ik zie je straks misschien in het gezellige konya

               Je pa de grote gezelligaard
    

Submit a comment

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s