In een wereld waar alles strak is, ging architect Pieter Blom voor schots en scheef. We boekten een ‘Kubuswoning’ in de Stay Okay Jeugdherberg, die Blom in de jonge jaren ’80 bouwde in Rotterdam.










“Architectuur is meer dan een plek creëren om te wonen, je creëert een samenleving”, zei Piet Blom, en dat merk je onmiddellijk aan de opzet van de Grotemarkt, bij de Markthal, waar de fietser koning is. Maar wonen is hier duur. Voor een apartment aan de buitenzijde van de Markthal betaal je al snel 450.000 euro.








We willen Indonesisch eten, maar Sari’s smartphone is plat als een vijg en zonder haar Covid-QR-code komen we er niet in. Naar de Markthal dus, die, onder een mozaïek van groenten fruit tientallen aantrekkelijke eetkraampjes huist, van artisanale kroket (‘los’ of tussen een broodje), sushi en ramen, Turkse pide, tot ‘authentiek’ Grieks. Ik ga voor een paneer masala in ‘Bombay Street’. De masala is spijtig genoeg flets, maar tegen de kroketten kan je ‘u’ zeggen.’











Te midden van de rechte blokken, in de schaduw van de Willemsbrug, ligt de kleine, oude haven, met een paar oude schuiten en restaurantjes met koude terrassen rond het water.


Na een nachtje Rotterdam rijden we naar Utrecht, een gezellige stad met herenhuizen langs de grachten, en tal van knusse eetcafés en hippe designwinkeltjes.








